De Theo Pouw Groep is een van die transportbedrijven die nog een eigen werkplaats heeft. Hier wordt in eigen huis onderhoud en reparatie verricht aan het eigen wagenpark. Onlangs werd de werkplaats uitgebreid met Josam I-track II-uitlijnapparatuur met magneetklemmen en niet alleen om tijd te besparen die anders verloren ging aan het heen en weer rijden van voertuigen.
Vroeger kwamen ook de personenauto’s uit het eigen wagenpark in de werkplaats van de Theo Pouw Groep op industrieterrein Lage Weide in Utrecht. Inmiddels zijn het alleen de eigen trailers en de circa 150 trekkende eenheden die hier worden onderhouden. Robert Koot begon in 2005 als monteur bij Theo Pouw. Inmiddels geeft hij leiding aan de werkplaats, die daarnaast wordt bemand door negen monteurs, vier magazijnmedewerkers en een receptionist. “We hebben een hechte groep, met weinig verloop. Daar ben ik heel blij mee. Het weinige verloop dat we hebben is vaak het gevolg van een verhuizing, of dat iemand werk dichter bij huis gevonden heeft, of heel ander werk, dat komt ook voor. Het is een klein team, dat staat voor elkaar. Als iemand zwaar werk staat te doen, is het wel de bedoeling dat je een handje toesteekt. Je moet het met elkaar doen. De een is graag met de servicebus op pad, de ander wil het liefst de hele dag op zijn vaste stek in de werkplaats zijn. Daar hou ik wel rekening mee. Ik kan iemand wel tegen zijn zin een klus laten doen, maar daar wordt zijn humeur niet beter van en het resultaat ook niet.”
Diversiteit
De werkplaats is behoorlijk allround. Robert Koot: “In het eerste jaar heb je nog garantie van de fabrikant, maar daarna doen we al het onderhoud aan onze voertuigen zelf, van wielmoer tot revisie van versnellingsbakken en motoren. Schades doen we ook in eigen beheer. Wat we uitbesteden, is het spuiten van carrosseriedelen. Ook voor het richten van chassis en assen hebben we een partner die dat voor ons doet.”

Het aanbod in de werkplaats van Theo Pouw is grofweg verdeeld in de GWW-voertuigen voor grond-, weg- en waterbouw, en de twee- en drie-assige CTU-trekkers voor het containertransport. Robert Koot: “Ik zie heel duidelijk het verschil in onderhoudsbehoefte tussen de GWW-kant en de containerkant. De containertrekkers krijg ik één keer per jaar binnen. Tussendoor zie ik ze bijna nooit. De GWW-voertuigen komen vier keer per jaar binnen. Auto’s die in het terrein rijden, hebben veel meer te lijden. Zo vervangen we bij elke onderhoudsbeurt standaard het kachelfilter. Daarmee sparen we misschien een kachelmotor uit en het gaat vervuiling in de cabine tegen, wat weer beter is voor de chauffeur.”
Ook wat truckmerken betreft komt er van alles binnen. “DAF hebben we weinig, maar in principe hebben we alles: we hebben veel Scania en Volvo, daarnaast Mercedes en MAN. Het is maar net wat we zoeken. Willen we een 10×8 wide spread gestuurd, dan is er bijvoorbeeld maar beperkt keuze. Binnenkort krijgen we ook de eerste twee elektrische trekkers binnen. Wat dat op termijn gaat betekenen voor de werkplaats weet ik nog niet. De twee elektrische trucks die nu zijn aangeschaft zijn in combinatie met een onderhoudscontract. Daarnaast is het nog onduidelijk of het nu waterstof wordt voor die elektrische trucks, of batterij-elektrisch. We willen die discussie nog even afwachten voordat we te veel gaan investeren in het een of het ander. Omdat wij vaak aan het maximale tonnage zitten, is batterij-elektrisch ook niet zo praktisch, vanwege het gewicht van die batterijen. Op een 10×8 zandauto heb je nu bij wijze van spreken al geen plek voor een luchtketel, dus hoe wil je daar dan nog een accupakket kwijt? We zijn echt wel een bedrijf waar duurzaamheid vooropstaat, maar dat alle voertuigen elektrisch worden, is hier nog zeker geen uitgemaakte zaak.”
Duurzaamheid
Nu we het toch over duurzaamheid hebben, daar had ook de aanschaf van het Josam I-track II-uitlijnsysteem alles mee te maken. Robert Koot: “Een zoon van Theo Pouw heeft zijn eigen bandenservicebedrijf, Pouw Banden. Daar lijnden we vroeger alle voertuigen uit, maar daar ging tijd mee verloren. Nu we zelf uitlijnen, gaat het bij een onderhoudsbeurt of apk in één moeite door. Goed uitlijnen spaart banden en brandstof, zo simpel is het. We hebben hier gekozen voor twee vaste opstellingen met de Josam I-track II met magneetklemmen. Dit optimaliseert de snelheid van meten. Met deze rollende meting kunnen we een diagnose stellen in vier minuten en dan gelijk beslissen wat de actiepunten zijn. Dit geldt ook voor een complete combinatie (truck en trailer) met een meting vanuit de hartlijn van het voertuig. Het systeem heeft de functionaliteit van een quick check en volwaardig uitlijnsysteem gebundeld in één investering. De magneetklemmen verhogen het gebruiksgemak en tackelen het aluminium (Alcoa) velgen thema.”

“Aan de GWW-kant zijn er niet veel banden die de eindstreep halen, door inrijdingen. Wat dat betreft zou je zeggen dat zo’n uitlijnsysteem dan ook niet echt positief bijdraagt aan een langere levensduur. Aan de andere kant hebben we veel meerassige voertuigen en daar kun je door goed uitlijnen de rolweerstand zoveel van verbeteren , wat resulteert in minder banden slijtage maar vooral een lager brandstofverbruik. Om dit goed inzichtelijk te krijgen moet je wel over een langere termijn meten. Het verbuik van bijvoorbeeld een Scania 10×4 wisselt behoorlijk, het maakt nogal uit of je veel korte ritten rijdt, of een paar lange. De ene keer rijden ze met een retourvracht, de andere keer rijden ze leeg terug. Daardoor is deze maatregelen om brandstof en banden te besparen op korte termijn lastig te meten, maar ik ben ervan overtuigd dat we dit op lange termijn kunnen aantonen.”
Het effect op verduurzaming door het gebruik van aftermarket zonnepanelen bovenop de voeruigen is volgens Robert Koot slechts gering. “Vanwege de aard van de voertuigen zijn zonnepanelen op het dak alleen mogelijk op de cabine en daarvan is de winst dan ook gering. Dan zie ik meer resultaat van uitlijnen, ook bij het vervangen van stuurkogels. Al scheelt het maar een millimeter, je hebt scheefstand. Dus lijnen we nu standaard alle voertuigen uit waarvan we de stuurkogels hebben vervangen.”
Deeltjesteller
Uiteraard heeft Theo Pouw ook geïnvesteerd in een deeltjesteller, omdat in de eigen werkplaats ook apk’s worden gedaan. De ervaringen ermee zijn louter positief. Robert Koot: “Het opwarmen duurt nog het langst. Daarna sluit je het apparaat aan en hij meet. Voordeel bij ons is dat de belasting van onze voertuigen vaak maximaal is. De motor moet hard werken, dus de roetfilter komt goed op temperatuur en kan daardoor goed regenereren. We hebben ook nog geen enkele auto hoeven afkeuren op het roetfilter. Verder krijgen we binnenkort een tweede aircomachine voor het nieuwe 1234yf-koudemiddel. En schudplaten, voor de spelingsdetectie die vanaf 20 mei onderdeel is van de apk, hebben we al jaren, al sinds de bouw van de garage. Zo proberen we elk jaar wel ergens in te investeren, om bij te blijven. Voor volgend jaar staat een elektrische servicewagen op het verlanglijstje.”