Dit jaar werden er op de IAA Transportation in Hannover maar weinig nieuwe vrachtwagens onthuld. De onzekerheid was bijna tastbaar op de stands van de fabrikanten.
Twee jaar geleden werd op de IAA, de belangrijkste vrachtwagenbeurs van Europa, nog volop ingezet op elektrisch rijden. Dit was immers de toekomst van het transport. In twee jaar tijd is dat sentiment bijgesteld. De verduurzaming van het transport kent ondertussen meerdere scenario’s en dat was zichtbaar op de beurs. Alle opties worden opengehouden. Elektrisch, diesel, fuel cell, waterstof ICE, methaangas: alle verschillende aandrijvingen waren ruimschoots aanwezig. Zo toonde Volvo op zijn stand zijn meest krachtige model, de 780 pk sterke FH16 Aero met de grote XXL-cabine. Ook stond hier de Amerikaanse Volvo VNL, een vrachtwagen die we in Europa waarschijnlijk nooit in werkende dienst gaan zien. Dat er twee dieselvrachtwagens stonden, is opvallend. Twee jaar geleden stonden er op de Volvo-stand alleen maar elektrische modellen. Deze stonden er nu uiteraard ook, maar niet uitsluitend. In een hoekje stond zelfs een prototype met een fuel cell.
Sowieso was waterstof overal aanwezig op de IAA dit jaar. Natuurlijk bij MAN, die in het voorjaar als eerste een productierijpe vrachtwagen met een waterstof-verbrandingsmotor presenteerde. De MAN hTGX stond dan ook prominent op hun stand, naast een eTGX en de TGX met een dieselmotor. Ook bij Iveco stonden modellen met een waterstof ICE, al zijn die nog niet productierijp. Bij DAF stond een waterstofmotor op de stand. Ook een waterstof-verbrandingsmotor van Volvo kon op de beurs gevonden worden.
De verduurzaming van het transport kent ondertussen meerdere scenario’s en dat was zichtbaar op de beurs.
Fuel cells waren op de beurs eveneens volop aanwezig. Vooral start-ups toonden deze techniek, waarbij meestal bestaande vrachtwagens waren omgebouwd. Echter, ook de Hyundai Xcient was op de IAA te vinden, de eerste fuel cell vrachtwagen in serieproductie. In Duitsland zet onder andere supermarktketen Edeka deze voertuigen in. Afgaand op wat de grote merken laten zien, lijkt de transportmarkt een voorkeur te hebben voor de waterstof-verbrandingsmotor. Deze ligt natuurlijk ook het dichtst bij waar de fabrikanten de meeste kennis van hebben.
Kleinere modellen
Uiteraard zijn elektrische vrachtwagens niet meer weg te denken van de IAA. Bij elke fabrikant waren ze te vinden. Ford introduceerde de elektrische F-Line, als laatste grote fabrikant zonder een elektrisch model. De andere merken hebben hun elektrische topmodellen al een tijd geleden laten zien: in veel gevallen zijn deze al in productie of gebeurt dit binnenkort. Verschillende fabrikanten onthulden elektrische versies van hun kleinere modellen. Zo ging bij MAN de eTGL in primeur, het kleine broertje van de eTGX. Iveco toonde de S-eWay Rigid naast de al bekende S-eWay.
De laadinfrastructuur is de blokkade die verduurzaming van het transport tegenhoudt.’
Karin Rådström, CEO Mercedes-Benz
Tijdens verschillende persconferenties klonk een verklaring voor het gebrek aan nieuwe vrachtwagens. Met de gestelde klimaatdoelen die jaren geleden werden opgesteld, waren alle fabrikanten direct aan de slag gegaan. Als resultaat had ieder merk elektrische vrachtwagens op zijn stand staan. Maar ondanks grote belangstelling verkozen transporteurs toch liever dieselmodellen. De vrachtwagenfabrikanten zijn klaar voor de verduurzaming van het transport, maar de rest van de wereld nog niet, zo klonk het op de IAA.
“Dit zijn geen demo’s meer. Het zijn echte voertuigen, die het transport kunnen uitvoeren”, vertelde Karin Rådström, CEO van Mercedes-Benz Trucks en binnenkort CEO van heel Daimler Trucks. “De vrachtwagens zijn er, nu moet de infrastructuur nog volgen. De laadinfrastructuur is de blokkade die verduurzaming van het transport tegenhoudt.” Op de persconferentie van Mercedes-Benz deed ze dan ook een dringende oproep aan de politici in Brussel: zorg voor infrastructuur.
Rådström legde uit dat er zelfs met alle ambitieuze plannen van allerlei bedrijven en consortia veel te weinig laadinfrastructuur aangelegd wordt. Volgens haar moeten er tussen nu en 2030 niet minder dan 400 nieuwe laadstations per maand aangelegd worden. Alleen dan is er voldoende laadinfrastructuur om het transport in Europa te elektrificeren. Overigens moeten er volgens Rådström niet alleen laadpalen worden aangelegd: ook voor waterstof moet er een dekkend netwerk komen.
Volgens Rådström is de TCO allang geen probleem meer voor ondernemers. “Een elektrische vrachtwagen is duurder in aanschaf, maar de TCO is lager”, zo vertelde ze. “Hij kan zonder probleem concurreren met een dieselvrachtwagen, dankzij beprijzing van de CO2-uitstoot.” Rådström doelde hiermee op de verschillende vormen van tol die in Europa ingevoerd worden, waarbij milieuvriendelijke vrachtwagens aanzienlijk minder betalen dan zelfs de schoonste Euro 6 dieselmotoren.
Het podium van Mercedes-Benz was niet de enige plaats waar dit sentiment te horen was. Bij MAN Truck & Bus had CEO Alexander Vlaskamp dezelfde boodschap. “Om het transport te verduurzamen, draait het niet alleen om producten”, zo zei hij. “Er is ook infrastructuur nodig. De TCO is al gunstig, dus de transformatie kan al plaatsvinden. Maar alleen als de infrastructuur er is.” Ook Christian Levin, CEO van Scania Group, riep politici op om voor meer infrastructuur te zorgen. “De elektrificatie van het transport moet sneller. Dat kunnen wij niet doen, daar moeten beleidsmakers voor zorgen.”
Chinezen
De boodschap die op de IAA klonk, is duidelijk: wij hebben gezorgd voor vrachtwagens die geen CO2 uitstoten, nu moet de overheid zorgen voor de infrastructuur. Dit gaat dan over zowel laadpalen als tankstations voor waterstof. Want ondanks dat ze blijven herhalen dat de toekomst van het transport elektrisch is, en waterstof alleen voor speciale toepassingen, het is duidelijk dat de fabrikanten een toekomst zien in waterstof.
De meest populaire vrachtwagen op de IAA was overigens volledig elektrisch. De hele week stond de Tesla Semi in de belangstelling. Het was dan ook de eerste keer dat de Amerikaanse trekker in Europa te zien was. Op elk moment liepen er geïnteresseerden omheen, of klommen ze in de cabine. Er was duidelijk veel interesse voor de innovatieve cabine. Dat gold overigens ook voor andere vrachtwagens op de beurs. Met name Aziatische aanwezigen bekeken elk detail zorgvuldig. Er werd gemeten, er werd bestudeerd, er werd gefilmd. Duidelijk is de IAA een goede gelegenheid om te kijken hoe anderen het doen.
Waar dat toe leidt, was te zien op de stands van enkele Chinese fabrikanten. Naast producten die overduidelijk in eigen stijl waren gebouwd, stonden er ook vrachtwagens waarbij wel erg goed naar de Europese modellen gekeken was. Volgens de aanwezigen op de stands berustte elke gelijkenis op louter toeval. Wat wel opviel, was de kwaliteit van de Chinese producten. Deze leek prima in orde en geheel bij de tijd. Gezien de ontwikkelingen die Chinese personenauto’s hebben doorgemaakt, is dat ook niet erg vreemd.
Bestelauto’s
Bij de vrachtwagenfabrikanten waren dan wel weinig nieuwe modellen te zien, dat gold zeker niet voor de stands met bestelauto’s. Door de komst van zero-emissiezones en andere beperkingen voor het vrachtverkeer neemt de vraag naar bestelauto’s sterk toe. Volkswagen trok het doek van zijn nieuwe Transporter, die overigens door Ford gebouwd wordt. Die reageerde hierop met een reclamecampagne die Volkswagen een hak zette.
Renault presenteerde de Estafette Concept, een slimme bestelauto voor de stad met een legendarische naam. De verwachting is dat we deze rond 2026 in ongeveer dezelfde vorm bij de dealers gaan zien. Het Chinese BYD toonde op zijn stand niet alleen zijn twee vrachtwagens, maar ook een geheel nieuwe grote bestelauto. Iveco heeft op basis van een elektrisch platform van Hyundai de eMoovy ontwikkeld: een chassis-cabine die qua grootte onder de eDaily komt.
Toyota toonde op de IAA zijn vernieuwde ProAce-modellen. Voor het eerst biedt het merk nu ook een grote bestelauto aan. De drie modellen worden geproduceerd door Stellantis en zijn dan ook gelijk aan de modellen die al onder de namen Citroën, Fiat, Peugeot en Opel worden verkocht. Geheel nieuw is de PV5 van Kia, die zich als nieuwkomer op de markt begeeft. Deze futuristische bestelauto komt volgend jaar op de markt. Kia gaat hiervoor een netwerk van bedrijfswagendealers opzetten, want de service voor bedrijfsauto’s is natuurlijk niet hetzelfde als voor personenauto’s.
Duidelijk is de IAA een goede gelegenheid om te kijken hoe anderen het doen.
Het was duidelijk dat de exposanten zich voorbereiden op grote wijzigingen in de nabije toekomst. Tegelijkertijd spreekt er een grote onzekerheid uit de diversiteit aan producten die op de IAA te zien was. Niemand weet wat de toekomst gaat brengen. Iedereen zet zijn geld in op verschillende paarden. Het leverde in ieder geval een interessante beurs op, waar van alles te zien was. Dat vertaalde zich ook in een recordaantal bezoekers: zo’n 145.000 mensen wisten de Hannover Messe te bereiken. Dat is een stijging van 10% ten opzichte van 2022. De toekomst van de IAA ziet er dus in ieder geval rooskleurig uit. ‹
